De door mij gebouwde Golzkasten.

Nadat ik besloten had, dat ik zou overgaan op de Golzkast, heb ik contact gezocht met imkers, die dit systeem gebruiken.
Zoals met Marcel Hallmans te Heumen in zijn Immenhof. www.imkerij–immenhof.nl/
En met Willem de Jong in Lisse. www.bijendans.nl
Bij beiden ben ik op bezoek geweest.
Beide imkers zijn zeer enthousiast over het systeem en Marcel reist met de kasten. En Willem niet.
Beiden hebben geen varroabodem om verschillende redenen: Marcel bestrijdt de varroa zo effectief, dat controle niet nodig is.
Hij heeft nauwelijks last van bijensterfte.
Willem controleert met de poedersuikermethode de varroabesmetting.

Marcel heeft in de Golzkasten de ramen: Kuntzsch hoch, zoals in Duitsland meestal standaard wordt toegepast.
En die Golzkasten zijn ook standaard te koop.
Willem gebruikt gewone spaarkastramen een kwartslag gedraaid. En heeft zijn Golzkasten dus zelf moeten maken.
Van zijn bestaande spaarkastramen, de bestaande oortjes eraf met snijtang en een nieuwe toplat op de korte zijde plaatsen.
Toplat is 25 cm met oortjes van 1,5 cm.

En ik heb ook spaarkastramen gebruikt , die een kwartslag zijn gedraaid, om de volgende redenen:

• mijn voorraad spaarkastramen kon ik blijven gebruiken.
• de zelfgemaakte honingcentrifuge kon ik blijven gebruiken.
• de zelfgemaakte kunstraatmal kon ik blijven gebruiken.
• de raampjes van de Miniplus passen nu precies in de Golzkast.
• de ramen van de Golzkast passen in 2 Miniplus kamers op elkaar.
• bedrade spaarkastramen zijn goedkoop te verkrijgen.
• kast zo smal mogelijk maken, om gemakkelijk met de broedkamerramen te werken. (ik kan er in de bijenstal niet aan de zijkant bij

Nadeel is, dat in een lange kast met veel smalle ramen, de bijen geen ideaal broednest kunnen bouwen.
In de praktijk merk ik dat de koningin b.v. rechts een broednest bouwt en dan links opnieuw begint.

In de winter van 2014-2015, heb ik 3 Golzkasten (2x 23) ramen gebouwd en 3 afleggerkasten 16 ramen, in warmbouw.
Alle kasten zijn flexibel in grootte in te delen door middel van scheidingsplanken.
Ook kan ik, in plaats van de scheidingsplank, een seperator plaatsen om de volken te scheiden, zodat ze later ook eenvoudig weer te verenigen zijn.
Als de honingkamer in gebruik is, wordt daar op de zelfde hoogte ook een scheidingsplank of een seperator geplaatst.In alle kasten passen dezelfde raampjes. Ook heb ik nog 5 Miniplus kastjes, elk 2 broedkamers, waarin ook precies de toegepaste ramen passen.

Zelf heb ik wel een varroabodem in alle kasten ingebouwd, om de volgende redenen:

• De bodem van de kast blijft mooi schoon.(kast heeft vaste bodem)
• In de winter sterkte van het volk af te schatten aan de mul.
• In de winter start van het broed te herkennen aan condensvlekken.
• Varroa besmetting is eenvoudig te volgen, na een behandeling.
• Goede ventilatie mogelijkheden.

Om toch een stabiele constructie te hebben met zo’n lange kast, is de kast gemaakt van 22 mm hechthout.
Wel duur, maar ik heb de 3 grote kasten en de 3 kleine kasten uit één plaat gemaakt.
En de bodemconstructie van hardhouten latjes.
Scheidingsplanken en raampjes passen nu overal goed op alle plaatsen en in alle kasten.

Ik gebruik geen afstandsrepen, maar Zander kunststof afstandsblokjes van 35 mm. (in praktijk 36,4 mm bij de Werkbij.)
De lengte van de kast wordt bepaald door 36,5 maal het aantal ramen, dat voldoet uitstekend.
Kan nu “bladeren” door de raampjes van de broedkamer, als ik er een paar kantramen heb uitgehaald. De bijen kunnen nu ook niet bij de oplegrand van de raampjes en daar propolis, of was deponeren. Wel moet je oppassen geen bijen te pletten, als je een raampje terugzet, maar om dat te voorkomen is een handigheid.
Aan voorzijde van de Golzkast 2 ronde gaten van 22mm geboord, om eventueel bij te kunnen voeren. Daar kan op een kleine constructie een jampot omgekeerd met gaatjes in de deksel gezet worden. Als er 2 volken in de kast zitten, kunnen die apart worden gevoerd.

Uitgangspunt is: verstoor de bijen zo weinig mogelijk.